Verzekering gewaarborgd inkomen
In België kan men een verzekering gewaarborgd inkomen afsluiten voor het geval dat een werknemer of zelfstandige arbeidsongeschikt raakt. Dit houdt in dat op het moment dat een werkende niet meer kan werken wegens een fysieke of psychologische beperking alsnog 80% van hun initiële inkomen vergoed krijgt. In Nederland is dit wettelijk vastgelegd in de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Dit houdt in dat sinds 18 februari 1966 elke Nederlandse werknemer die langdurig/chronisch ziek zijn en daardoor niet meer (volledig) zichzelf van een inkomen kan voorzien hier een uitkering voor ontvangen.
Over de jaren is deze wet voortdurend aangepast.
Zo is er in 2004 een herziening geweest waar er hogere keuringsnormen gingen gelden en daardoor ook een herkeuring werd gedaan voor alle WAO’ers die in 2004 nog jonger waren dan 50 jaar. Hierna is voor personen die na deze datum nog arbeidsongeschikt werden de WIA ingevoerd, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.
De WIA houdt in dat op het moment dat u voor 100% arbeidsongeschikt raakt een volledige uitkering geniet terwijl indien u maar voor 80% arbeidsongeschikt bent voor de overige 20% niet gecompenseerd wordt door de overheid. Hiermee wilt de overheid er voor zorgen dat werknemers niet te snel de handdoek in de ring gooien en zo mogelijk nog steeds de arbeidsmarkt aanvullen.
Voor arbeidsongeschikten van 17 jaar en jonger geldt er echter een andere wet: namelijk de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten ook wel afgekort wajong genoemd.
De WIA
De WIA wordt uitgevoerd door het UWV, uitvoeringsinstituut werknemerverzekeringen, en de keuringen ook. De keuring bestaat uit twee delen, ten eerste een medische keuring door een medisch deskundige en vervolgens een arbeidskeuring door een arbeidsdeskundige die gaat uitzoeken of en in hoeverre de persoon in kwestie nog capabel is arbeid te verrichten. Vervolgens komen de twee deskundigen op een rapport uit waarbij gekeken wordt naar het loonverlies dat de werknemer lijdt door zijn of haar beperking. Op basis hiervan wordt bepaald in hoeverre de werknemer daadwerkelijk arbeidsongeschikt is.
Personen die voor meer dan 35% maar minder dan 80% arbeidsongeschikt zijn vallen onder de WGA-verzekering, Werkhervattingsregeling Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten. Dit geldt echter ook voor arbeidsongeschikten die meer dan 80% arbeidsongeschikt zijn maar het ernaar uitziet dat de beperking niet chronisch is. Deze wet bestaat uit twee perioden.
Ten eerste is er de loongerelateerde uitkering fase. In de eerste twee maanden bestaat de uitkering uit 75% van het oorspronkelijke loon, de maanden in vervolg daalt dit percentage naar 70%. Echter kan dit ook geregeld worden met de werkgever. De voorwaarden hiervan staan vastgelegd in het CAO. De eerste fase duurt minimaal 3 maanden en maximaal 38.
Ten tweede is er de loonaanvullingsuitkering of de vervolguitkering. De loonaanvullingsuitkering heeft als voorwaarde dat de gegadigde ten minste de helft van zijn resterende arbeidscapaciteit heeft benut, indien hier niet aan is voldaan komt de voormalige werknemer in aanmerking voor de vervolguitkering. De persoon in kwestie krijgt bij de loonaanvullingsuitkering 70% van het verschil tussen het oude loon en zijn resterende arbeidscapaciteit vergoed. De gegadigden voor een vervolguitkering, dit betekend dat tot 65 jaar ze genieten van een uitkering die onder het minimumloon ligt.